De meest gespeelde vorm van poker is Texas Hold’em en wordt gespeeld met een slof van 52 kaarten en 2 tot 10 spelers. De spelers delen om de beurt, met de klok mee en is het herkennen aan de “dealerbutton”, een schijf, die voor de dealer ligt. Iedere speler krijgt 2 gesloten kaarten. Na het delen begint de speler direct links van de dealer met een 1e inzet, de zogenaamde “small blind”. De speler doet de 2e inzet, de “big blind” en die is meestal het dubbele van de small blind. De speler start het spel en heeft 3 keuzes: “call”, “raise” of “fold”.
Na deze eerste inzetronde legt de dealer eerst de bovenste kaart van de stapel weg, dat wordt een “burn”genoemd en dit wordt gedaan om vals spelen te voorkomen. Daarna legt de dealer 3 open kaarten neer, de “flop”. Op basis van deze kaarten kunnen de spelers die niet “gefold” hebben hun kansen inschatten in combinatie met hun eigen gesloten kaarten en bepalen wat ze doen in de inzetronde.
De speler links van de dealer maakt als eerste de keuze om:
De volgende spelers kunnen ook kiezen:
Daarna wordt er weer een burn weggelegd, wordt een 4e kaart omgedraaid, de “turn” en krijgen de spelers weer dezelfde keuzes bij de inzetronde. Na wederom een burn weg gelegd te hebben, draait de dealer de 5e kaart om, de “river” en volgt de afsluitende inzetronde. Indien een speler in de laatste inzetronde een bet of een raise heeft gedaan, begint deze speler de zogenaamde “showdown”, anders start de speler links van de dealer. Bij de showdown worden alle kaarten van de spelers openbaar en wordt gekeken welke speler de winnende combinatie heeft.
De mogelijke combinaties, aflopend in waarde, zijn:
De winnaar is degene met de hoogste kaart, deze speler wint de gehele inzet. Bij gelijke kaarten wordt de pot gedeeld, een “split pot”. Indien de pot niet precies worden verdeeld over de winnaars en blijft er na verdeling een chip over, dan gaat deze naar de speler die de laatste inzet of verhoging heeft gedaan. Is dat ook onbeslist, dan gaat de chip naar de eerste speler links van de dealer.